![]() |
![]() |
DE DROOM OM JEZUS TE WORDEN/1
Geschiedenis van de Dienaar Gods Jean-Thierry Ebogo
Een kind van gebed
Jean-Thierry wordt op 4 februari 1982 geboren in Bamenda
in het Noord-Westen van Kameroen, als
Moeder vertelt dat zij hem vanaf zijn geboorte in haar
hart aan de Heer had aangeboden in de hoop dat hij priester werd.
Vader noemt Jean-Thierry een "kind van gebed", omdat na
de geboorte van het eerste kind, een dochter, er na enkele jaren geen jongen
kwam en de uitgebreide familie erop aandrong dat de echtgenoot een andere vrouw
nam. Maar de Heer verhoort het gebed van René en Marie-Thérèse, die trouw
willen blijven aan hun kerkelijke huwelijksbelofte en... Jean-Thierry wordt
geboren en daarna andere kinderen.
Het gezin volgt de overplaatsingen van vader René, die
gevangenisbewaarder was, en Jean-Thierry leert derhalve verschillende plaatsen
en culturen van Kameroen kennen, iets wat hem intellectueel zeer open zal
maken.
Als kind al, wanneer hij ongeveer 6 jaar is, brengt
Jean-Thierry het verlangen tot uitdrukking om priester te worden, aangetrokken
als hij wordt door het voorbeeld van een missionaris-oblaat,
gevangenisaalmoezenier van Maroua: hij wil hem navolgen om "als Jezus te
worden". Hijzelf zal in het vervolg vertellen over de ontmoeting met deze
priester: "Ik was stapelverliefd op een ideaal dat ik niet kende, ik wist niets
over het leven van de priester, en toch wilde ik dat leiden"[1].
Met dertien jaar gaat Jean-Thierry naar het
kleinseminarie van Guider in Noord-Kameroen. Hij zal echter zijn studie blijven
voortzetten en het eindexamen gymnasium B in Monatélé in de streek van Centre.
Zijn kennissen herinneren zich hem als een jongen met een
briljant verstand, vaak de eerste van de klas. Heel grootmoedig herhaalde hij
de stof met de minder begaafden en tegelijkertijd zette hij zich in voor de parochiegroepen
van de katholieke actie. Met een verantwoordelijkheidsgevoel voor de problemen
van zijn familie werkte hij om zijn ouders te helpen zijn jongere broertjes en
zusjes naar school te laten gaan door als bestuurder van een mototaxi of als
fotograaf te werken.
In zijn hart bewaarde hij de priesterroeping, maar hij
wilde leven in een religieuze gemeenschap, omdat hij zag hoeveel gevaren de
priesters die alleen leefden, tegenkwamen.
Hij heeft een eerste ervaring van pre-novitiaat bij de
Pater Oblaten van Maria Onbevlekt Ontvangen in Mokolo, maar hij wordt
afgewezen. Gevraagd na zijn dood naar de reden hiervan, leggen de Paters
Oblaten uit dat hem een heroriëntatie werd aangeraden vanwege zijn neiging tot
een gebedsleven dat
![]()
Jean-Thierry keert gedesillusioneerd naar Yaoundé terug,
zich afvragend wat de Heer van hem wilde. Op aanraden van een tante die zuster
is, komt hij terecht in de parochie van Nkoabang, die in handen is van de
ongeschoeide paters karmelieten.
Dan bezoekt hij de parochie, doet hij de jongerengroepen
weer opbloeien en met 21 jaar volgt hij het aspirantschap van de pater
karmelieten en slaagt hiervoor. Thierry voelt zich eindelijk "thuis"; volgens
de getuigenissen zette hij zich enthousiast in voor de behoeften van het
gemeenschappelijke leven zowel bij het werk op de velden als bij het apostolaat.
De pater karmelieten zijn enthousiast hierover en handelen zeer snel door te
besluiten dat hij spoedig mag
vertrekken voor het noviciaat.
De zending van het lijden
De Heer stuurt de menselijke plannen in de war en nodigt
Jean-Thierry integendeel uit Hem te volgen langs een andere weg. Het volgend
jaar, in 2004, aan de vooravond van zijn vertrek naar het noviciaat in Burkina
Faso, openbaart zich een zwelling aan een knie en een hevige pijn aan een been,
terwijl Jean-Thierry in de parochie voetbalt. Het leek een ongeval bij het
spel, maar dieper gaand onderzoek openbaart een botkanker aan de rechterknie.
Hij krijgt chemotherapie, maar deze kuur blijkt niet doeltreffend: zijn been
moet worden geamputeerd om te tumor te stoppen.
Vóór de operatie zit zijn moeder naast hem en
Jean-Thierry vraagt haar hem bij het wassen van het been en het parfumeren van
het been te helpen: omdat "ik en jij morgen het aan de Heer aanbieden
Zoals de aan zijn persoonlijk dagboek toevertrouwde
gedachten getuigen, voelde Jean-Thierry, wanneer hij alleen was, dat de wereld
van zijn plannen ineenstortte, maar liet hij zijn fysiek en geestelijk lijden
voor niemand tot een last zijn.
Een jongen die regelmatig in de Karmel kwam, heeft ons
dienaangaande verteld dat Jean-Thierry met zijn vrienden die in het ziekenhuis
op bezoek kwamen, speelde en hen begroette met de muts op zijn geamputeerde
been om te proberen hen te laten lachen. Een episode die heel goed de aard van
deze jongere tot uitdrukking brengt: intelligent, geestelijk diepgaand, maar
ook aangenaam in de omgang en vrolijk, rijk aan humor om rondom hem de
gebeurtenissen minder dramatisch voor te stellen.
In zijn dagboek schreef hij dat hij er niet van hield te
klagen en weerzinwekkend te zijn zoals bepaalde zieken die met hun pijnkreten
angst aanjagen, en hij vooral niet wilde dat anderen door hem leden.
De artsen geven in die tijd enige hoop op genezing en
Jean-Thierry durft hierin te geloven en te vragen toch religieus en priester te
worden om heel de dag in het huis van de Heer door te brengen, Hem te prijzen
en de zondaars in de biecht te ontvangen.
Hij begrijpt overigens dat zijn noviciaat er een door
lijden zal zijn. Het is als een waarheid die zich met kracht aan hem opdringt,
die hij door de gebeurtenissen als "een klap in het gezicht" voelt. Hij
schrijft echter hierna: "Nu ik het eenmaal begrepen heb ... aanvaard ik het met
heel mijn hart".
Hij vertrouwt zich ook toe aan de gebeden van een
karmelietes van het klooster van Etoudi in Yaoundé, zuster Maria Irene van
Jezus om hem te steunen in het noviciaat van het lijden.
Vervolgens schrijft hij een gedicht dat naar onze mening
het met een elan van groeiende liefde onstuitbaar opgaan van zijn ziel naar de
Heer laat zien. In het gedicht leest hij de gebeurtenissen als de vraag van de
kant van de Heer om de gave van zijn voet, opdat deze sneller en verder weg
gaat... En hij biedt deze met elan aan: "Neem hem... Ik zou willen dat hij vóór
alles door het hart van de
Hij biedt dus zijn voet en zijn lijden aan de Heer aan,
opdat zij vruchten van roeping voortbrengen in de harten van andere Kameroense
jongeren die zullen gaan waarheen hij niet zal kunnen gaan.
Onder iedere hemel verrast een zo diep geloof. Maar nog
meer treft het degene die zoals wij lang in Afrika hebben geleefd en weten dat
ziekte in deze context vaak wordt afgewezen en wordt beschouwd als een teken
van vervloeking, uitgesproken door iemand die een boos lot heeft "geworpen";
ook onder gelovigen is ziekte niet alleen een beproeving van geloof, maar ook
een verleiding om zich tot tovenaars te richten. De houding van Jean-Thierry van geloof en overgave aan de Heer in de ziekte voor een zending van het lijden lijkt ons de originaliteit en de grootste gave aan Afrika van zijn leven van heldhaftig geloof.
[1] Fr. Jean-Thierry Ebogo de l'Enfant Jésus et de la Passion, L'enfant qui voulait devenir Jésus, onder leiding van de orde van de ongeschoeide karmelieten Déchaux Yaoundé-Kameroen, Editions Veritas, Douala 2018, 25. Wij verwijzen als bron van dit artikel voornamelijk naar deze eerste tekst, die een biografie en enkele geschriften en getuigenissen bevat; de vertalingen van de citaten en het gedicht zijn van ons. Wij baseren ons ook op getuigenissen die wij rechtstreeks hebben gehoord. [2] Testimoni di Cristo. Catechesi di Monsignor Don Ennio Apeciti del 10 ottobre 2013, Radio Mater, op http://www.jeanthierryebogo.org/ In Italië heeft zich de "Associazione degli Amici di Thierry" gevormd, die voor hem bidden en zijn persoon doen kennen (amicijeanthierry@yahoo. it). Er is een facebookpagina geopend: https://www.facebook.com/search/str/jean+thierry+ebogo+ocd+servo+di+dio/keywords_search?epa=SEARCH_BOX; https://www.facebook.com/groups/166252340137312/about/ en op Youtube staat zijn geschiedenis, zowel in het Italiaans: https://www.youtube.com/warth?v=jrIx]Tr7TQ als in het Frans: https://www.youtube.com/watch?v=X1Xq0zt2JH8
01/02/2019 |